Boek over de bunkerhospitalen van Vlissingen

In de zomer van 2023 bleek bij het bodemonderzoek van twee bouwkavels aan de Prins Hendrikweg in Vlissingen de aanwezigheid van twee bunkers. Het is bekend dat deze bunkers hier waren geweest. Een aanwezigheid was echter een verrassing. In de jaren zestig waren alleen de daken eraf gesloopt. Zo kwamen twee Duitse bunkers van het type 134S zonder dak uit de grond. Dit waren gewondenverzamelplaatsen behorende tot het hier gelegen bunkerhospitaal.

De Walcherse Archeologische Dienst (WAD) en de Stichting Bunkerbehoud hebben hier in nauwe samenwerking onderzoek gedaan. Tijdens het archeologisch onderzoek startte het archiefonderzoek wat resulteert in het boek:
‘De twee bunkerhospitalen binnen het Verteidigungsbereich Vlissingen.’

De Slag om de Schelde begon op maandag 4 september 1944 met de Britse inname van de havenstad Antwerpen en eindigde op 8 november 1944 toen de Duitsers zich in Vrouwenpolder overgaven. Precies 79 jaar na aanvang van deze slag, begonnen op maandag 4 september 2023 de twee weken durende archeologische opgravingen van twee onverwachts gevonden Duitse gewondenverzamelbunkers aan de Prins Hendrikweg in het havengebied van Vlissingen. Gelijktijdig werd gestart met het schrijven van dit boek. Dit uit fascinatie omdat de vondsten correspondeerden met wat te lezen valt in de beschikbare Duitse documenten.

Vlissingen was door de Duitsers veranderd in een vesting. Hierin zijn twee grote militaire hospitalen gebouwd, die ieder bestonden uit vijf bunkers. Eén kwam te liggen bij het ziekenhuis Bethesda (het huidige ADRZ) en de ander kwam in het havengebied. Tijdens de slag om de Schelde arriveerden ruim vijfduizend gewonden in de haven van Vlissingen. Gezien de capaciteiten van het hospitaal een veel te hoog aantal. Artsen en verpleegkundigen waren door de grote toestroom doorlopend aan het werk. In deze twee maanden zijn tussen de duizend en tweeduizend operaties verricht. Gezien de beperkte mogelijkheden was het zaak dat de gewonden hier niet langer dan gemiddeld twee dagen verbleven. Na de primaire behandeling werden zij voor verdere zorg met Rode Kruisboten via het Kanaal door Walcheren en de Zeeuwse binnenwateren naar Dordrecht overgebracht.

Voor het eerst een boek over de Zeeuwse oorlogsgeschiedenis uit het najaar van 1944 waarin archeologie een essentieel aandeel heeft. Letterlijk komen hiermee aangrijpende verhalen uit de grond. De combinatie archeologie en archiefonderzoek vormt een nieuwe rijkdom binnen de geschiedschrijving over de Slag om de Schelde.

Het Familiefonds Hurgronje heeft een financiële bijdrage geleverd aan de publicatie van dit boek.

Update 3 restauratie Praalgraf

Rien de Graaf, kerkrentmeester van de Hervormde Kerk van Stavenisse is zo vriendelijk om het Familiefonds regelmatig op de hoogte te stellen van de nieuwste ontwikkelingen rond de restauratie van het praalgraf van de heer van Stavenisse Hieronymus van Tuyll van Serooskerke. Op de website zijn al diverse artikelen over dit boeiende project te vinden.

Op 1 februari jl. ontvingen we van Rien de Graaf het volgende bericht:

Hier een mailtje en een link voor de foto’s over de voortgang t/m 31 januari 2024 van de restauratie van het praalgraf.

Een hele tijd is er weinig gebeurd, alleen vele besprekingen en verschillende vergaderingen vanwege de onderzoeken en de daarop volgende uitslagen. Zoals u hierna kunt lezen gaan ze nu aan het eigenlijke werk beginnen, wat voor de beeldhouwers een flinke uitdaging is om nu met de nieuwe aanbeveling vanuit de TU Delft om op een door de TU aangegeven temperatuur de onderdelen te spoelen.

Maandag 9 oktober: vergadering op de TU Delft met Barbara Lubelli, Tobias Snoep, Tim Kemperman, Erik Jan Brans, Silvie Lucas, via streaming Hendrik Jan Tolboom, Rien de Graaf en filmer Sander Snoep.

Verslag van Erik Jan Brans:
De afgelopen dagen heb ik intensief contact gehad met Hendrik over wat de uitkomsten van alle onderzoeken betekenen en vanmorgen met Barbara overlegd en vervolgens weer met Hendrik.

Barbara waarschuwt voor het “zomaar” spoelen van het marmer. Zij geeft daar twee redenen voor. Ten eerste zit het zout aan de buitenkant en als je de blokken in het water legt kan het zout naar binnen migreren, naar het deel wat nu juist weinig belast is. Je brengt dan dus zout in, wat er vervolgens weer uit moet. Zij ziet meer in kompressen die het zout oppervlakkig verwijderen. Maar daarmee is geen ervaring en dat zou eerst beproefd moeten worden alvorens het al dan niet toe te kunnen passen. Daar gaat veel tijd overheen. Ten tweede waarschuwt zij voor de aanwezigheid van NaSO4 in de vorm van Thenardiet dat, wanneer het nat wordt meteen verandert in Mirabiliet waarvan de kristallen door de binding met water meer volume innemen en dus tot meer schade zouden kunnen leiden. Juist Thenardiet is relatief veel aanwezig in het monument.
Onderzoek heeft echter uitgewezen dat wanneer de steen en het water een hogere temperatuur hebben dan 30 graden Celsius, de omzetting van Thenardiet naar Mirabiliet niet plaats vindt.

Omdat het project al behoorlijk vertraagd is en werken met kompressen wel heel erg afwijkt van de eerdere uitgangspunten adviseren Hendrik en ik om toch te spoelen. Er is geen tijd en budget om een experimenteel onderzoekstraject te doorlopen. Er zal dus gespoeld worden, maar met de volgende uitgangspunten:

  • Alleen de stukken waar nu schade zichtbaar is worden gespoeld, te beginnen met een klein aantal onderdelen. Dit gaat er vanuit dat de stukken die geen naar zouten herleidbare schade hebben, ook in de toekomst goed blijven.
  • De te behandelen blokken en het water worden voordat ze met elkaar in aanraking komen verwarmd tot boven de 30 graden en ze houden deze temperatuur gedurende het hele verdere proces.

Als we het zo doen verkleinen we de risico’s. Bij behandeling door spoelen van andere monumenten is nauwelijks tot geen schade opgetreden. Het is echter mogelijk dat andere monumenten een andere zoutbelasting of -samenstelling hadden en dat het daar wel ging maar dat het voor dit monument risicovol is.
Hoewel laat gestart, is er volgens Hendrik nu meer onderzoek gedaan dan voor welk ander monument ook en het kan daarom zijn dat andere monumenten ook een hoge concentratie Thenardiet hadden, maar dat daar verder geen rekening mee is gehouden of dat dat niet bekend was. Hendrik gaat na of er meer onderzoeksgegevens boven tafel te krijgen zijn om te zien hoe het daar zat.

Ik wil jullie vragen hierover na te denken en ik zie jullie reactie graag tegemoet.

In de tussentijd heb ik gegevens over de frontplaat naar Ben Massop gestuurd die veel contact heeft met IBACH en daar regelmatig delen laat consolideren. Hij kijkt ernaar, heeft eventueel contact met IBACH en ik rapporteer zodra ik iets van hem hoor.

De eerste stap is dat we moeten gaan beslissen welke onderdelen wel of niet gespoeld gaan worden en Tobias maakt een protocol. Ik stel voor dat als dat klaar is we weer een overleg hebben nadat iedereen ernaar heeft kunnen kijken.

Van Tim heb ik een voorstel gekregen over de isolatie van de achterwand en de bodem van het monument. Ik kijk daarnaar en als we eruit zijn stuur ik dat voorstel rond voor commentaar.

Tot zover Erik Jan Brans.

Woensdag 22 november: vergadering in Stavenisse, met Tobias Snoep, Tim Kemperman, Erik Jan Brans, Hendrik Jan Tolboom, filmer Sander Snoep en Rien de Graaf.

  • Voorbereiden van de vloer en de buitenmuur met lood en EPDM.
  • Het aanstorten van het achterste stuk vloer, waar nu alleen zand ligt.
  • Het restaureren en terug opbouwen van de eerste lagen zwart marmer.

Verslag van Erik Jan Brans:
Vanmorgen een overleg gehad met Tobias en Silvie over het vervolg. We hebben afgesproken dat er drie acties gaan lopen:

  • Tobias gaat samen met Rob Swaab een protocol opstellen. Als dat klaar is stuurt hij het rond en bespreken we het om het definitief te maken;
  • Bepaald moet worden wat er gespoeld moet gaan worden. Voorstel is dat eerst Tobias in Amsterdam, respectievelijk Tim in Stavenisse de stukken zo neerleggen dat ze goed bekeken kunnen worden. Zij kunnen een eerste schifting gaan doen, waarna Hendrik, Tim en/of Tobias en ik de stukken nalopen en definitief “stickers plakken”. Op die manier hoeven stukken die mogelijk niet gespoeld hoeven te worden niet onnodig vervoerd te worden. Ik stuur een datumprikker rond voor de sessie in Stavenisse. Amsterdam lijkt het handigst om te koppelen aan de bespreking van het protocol.
  • Apart loopt het traject van het onderzoeken of de voorplaat bij IBACH behandeld kan worden.

De bak om in te spoelen is deels gereed. Wanneer bekend is wat er gespoeld moet worden kan deze afgemaakt worden, afgestemd op de te spoelen stukken.

Tot zover Erik Jan Brans.

Maandag 11 december: voorbereiding achterwand en vloer in orde maken voor terugplaatsing graftombe.

Donderdag 14 december: gereedschap opgeruimd i.v.m. zangavond op vrijdagavond 15 december.

Maandag 18 december: Tobias komt uit Amsterdam met bij zich de twee putti’s en drie wapenschilden omdat deze niet hoeven gespoeld te worden, en daarna Tim samen met Tobias de te spoelen onderdelen die nog in de kerk lagen opgeladen en veilig naar het atelier van Tobias in Amsterdam gebracht.

Verslag van Erik Jan Brans:
Ik heb Barbara gebeld over de temperatuur. Zij geeft aan dat boven de 35 graden de omzetting van het sulfaat niet kan plaatsvinden, dus zo’n temperatuur zou ideaal zijn. Daarentegen kan marmer niet tegen hogere temperaturen en is het moeilijk om zowel water (nog wel te doen) als blokken op zo’n hoge temperatuur te houden. Zoals zij het bracht is het omslagpunt niet scherp en is elke temperatuur die richting de 30 graden gaat beter dan koudere. Zij raadt af om het onderwater zetten te doen bij een echt lage temperatuur, bijvoorbeeld 10 graden.

Het hangt er erg van af bij welke temperatuur schade optreedt en zij noemde een project waar ze een proef hebben gedaan waaruit bleek dat schade bij een lagere temperatuur optreedt, waarna ze de installatie hebben aangepast aan een hogere. Zij raadt aan om eerst een proef te doen, maar wat ik zie in de getallen is het gehalte wisselend, dus wat voor het ene blok geldt kan voor het andere weer anders zijn.

Ik stel voor om eerst een kleine batch minder belangrijke blokken te doen bij een temperatuur van een graad of 25 en goed te monitoren wat er gebeurt. Belangrijk is wel dat zowel blok als water de temperatuur hebben en niet alleen het water. Daar zit nog een uitdaging. Deksel op de bak en een elektrisch kacheltje erin alvorens er voorverwarmd water in te laten lopen?

Tot zover Erik Jan Brans.

Week 51:

  • Fundering van de tombe uitgraven om opnieuw op te metselen.
  • Opruimen ivm Kerstconcert op 22 december 2023.
  • De bak is afgeleverd bij de werkplaats van Tobias in Amsterdam, zodat de voorbereidingen ook daar kunnen beginnen.

Week 2 t/m 5:
Verder met de fundering van de tombe en achterwand.

Maandag 29 januari: contact gehad met Tobias, deze is druk in de weer met het gereedmaken en afstellen van de waterpompen en de temperatuur in de ruimte waar de bak staat. Daar gaan de te ontzouten onderdelen eerst droog in, dan worden ze verwarmd tot een temperatuur van tussen de 25 en 30 graden en als het geheel op temperatuur is kan er zeer langzaam water van dezelfde temperatuur worden toegevoegd zodat de spoeling daadwerkelijk kan beginnen. Dit is naar verwachting ongeveer half februari.

Foto’s van de voortgang vindt u hier.

En hier een leuk achtergrond artikel in de Eendrachtbode van 25 januari jl.

Westkappels Koor

Zoals voor vrijwel iedereen was de Corona periode ook voor het Westkappels Koor een moeizame periode. Extra triest was dat het koor in 2020 100 jaar bestond maar alle jubileum optredens moest annuleren. Er kon zelfs niet meer gerepeteerd worden en de vrees bestond dat dit gevolgen voor het voortbestaan van het koor zou hebben. Gelukkig is het tegendeel gebleken; enkele leden zongen ondanks alles bijna wekelijks in kleine samenstelling en dat heeft de onderlinge band duidelijk versterkt.

In 2022 kon de draad weer worden opgepakt met de wekelijkse repetities en gelukkig ook diverse optredens: de jaarlijkse succesvolle uitvoering in Westkapelle met een bomvolle zaal, de Volkorendagen in Middelburg, de Korendagen in Brielle, een concert in het kerkje van Ellewoutsdijk, en een optreden bij de Nacht v.d. Nacht in Middelburg.

Op 9 juli 2022 zong het koor tijdens de Familiedag. Daarover schrijft Jozien Slabber, voorzitter van het koor:

Met veel plezier kijken wij terug op ons optreden tijdens de familiedag van uw fonds in Vlissingen. Het was mooi om voor zo’n groot gezelschap te mogen zingen. Maar vooral mooi dat zij ook het Zeeuwse Volkslied meezongen. Het is traditie bij ons om elk concert daarmee te beginnen. Naast de mooie Walcherse klederdracht geeft dat steeds weer een apart tintje aan onze optredens. Een soort keurmerk dus. Eigenlijk houden wij daarmee een stukje erfgoed levend.

Op 16 september jl. verzorgde het koor haar jaarlijkse optreden voor een volle zaal. Dit optreden werd mede mogelijk gemaakt door een financiële bijdrage van het Familiefonds Hurgronje.

Evaluatie Buitenkunstproject ‘Over de Dijk’

Het bestuur van de Stichting Dijken van Wijven heeft weer een project neergezet, waar ze trots op is. Met het thema ‘Over de dijk’ zijn beelden te bewonderen geweest van vrouwelijke kunstenaars langs een stuk zeedijk van de Oosterschelde en rondom het dorp Kattendijke in de periode vanaf 17 juni tot en met 3 september 2023.

De opening van het project vond plaats op 17 juni 2023 in Kattendijke. Het trio ‘Seda Rosa’ wachtte de genodigden op bij de zeedijk en ging de optocht voor naar de NH kerk in het dorp waar de officiële opening werd verricht door Willy van Meegen, ‘cultuurbeest’ in Goes en daarom ook een dijk van een wijf. Op de route kon al genoten worden van poëzie op wimpels aan lantaarnpalen. Willy schetste de kwaliteit van de beelden in de omgeving en het voortraject waarbinnen één en ander tot stand is gekomen, waarna Betsy de Jonge Hamelink, voorzitter van Dijken van Wijven, alle kunstenaars in het zonnetje zette.

Cross-over tussen kunst en taal

Een cross-over tussen kunst en taal heeft handen en voeten gekregen in samenwerking met taalkunstenaars met als opdracht accent te leggen op de kwaliteit van het Zeeuwse landschap. Aan hen is gevraagd om haiku’s of kortdichten te maken die op wimpels zijn afgedrukt en langs met name de kern van het dorp zijn opgehangen.

Gedichten en korte verhalen die bevlogen en betrokken woorden geven aan wat er leeft in deze tijd, en aldus de bezoeker op overtuigende wijze bij de poëzie betrok. Een manier om te communiceren, om smoel te geven aan een groot en soms abstract verhaal of situatie. We hebben het zo nodig, de gezichten achter de cijfers.

Poëzieweekend

Op 29 en 30 juli vond het poëzieweekend plaats. In de NH-kerk in Kattendijke hebben vele toehoorders kunnen genieten van het werk van de taalkunstenaars, omlijst door enkele muziekensembles. De taalkunstenaars waren persoonlijk aanwezig om datgene wat zij speciaal voor deze expositie hadden gemaakt voor te dragen en toe te lichten.

Samenwerking

Vanaf het begin van het project is er contact geweest met het bestuur van de dorpsvereniging Kattendijke, wat heeft geleid tot een belegde avond waar Dijken van Wijven een presentatie verzorgde voor de inwoners. Ook is enkele malen materiaal aangeleverd voor hun dorpsblad Info Kattendijke met informatie over de gang van zaken. Dat heeft geleid tot draagvlak en medewerking onder de bevolking.

Zo was er naast goedkeuring van Rijkswaterstaat en het Waterschap ook hulp en toestemming nodig van enkele agrarïers die langs de route grond in eigendom of gebruik hebben. En niet te vergeten ogen en oren van dorpelingen als er ergens wat aan mankeerde.

Tevens zijn er enkele presentaties verzorgd voor groepen vrouwen van serviceclubs zodat men aan de hand daarvan informatie had wat men kon gaan zien en ervaren. Op 2 en 3 september 2023 is het project ‘Over de dijk’ afgesloten. Opnieuw in de NH-kerk in Kattendijke, feestelijk omlijst door een muziekensemble.

Conclusie

Het was een uitgelezen locatie die voor iedereen (wandelaars, fietsers, automobilisten) goed toegankelijk is. Heel sterk punt dit jaar was dat de beelden zo prachtig in het landschap en in of aan water opgingen. Elk beeld had z’n door de kunstenaar gekozen ruimte.

De verbinding met poëzie en literatuur was een succes, evenals de zorg van de omwonenden voor de wimpels als ze door de wind scheef hingen.

Website Dijken van Wijven

Het Familiefonds Hurgronje heeft een financiële bijdrage geleverd aan de totstandkoming van dit project.

Historische publicatie Lancaster crash

Op 20 maart 1945 stortte er een Lancaster bommenwerper neer net buiten de dorpskern van Nieuwdorp. Op 27 oktober jl. presenteerde Hans van Dam, vrijwilliger bij het Bevrijdingsmuseum Zeeland, er een boek over, getiteld “PB667; Mijn onderzoek naar een Lancastercrash en de evolutie van Bomber Command”.

Het boek vormt de afronding van zijn zoektocht naar de oorzaak en achtergronden van de crash. Het boek is geschreven volgens een gelaagd model. De auteur neemt de lezer mee op zijn zoektocht naar de vlucht en de bemanningsleden. Hij beschrijft de geschiedenis van RAF Bomber Command en zoomt verder in op technieken die tijdens de strategische luchtoorlog zijn ingezet. Hij vertelt iets over het leven van de bemanningsleden en beschrijft de fatale vlucht aan de hand van documenten, interviews en brieven van getuigen. Het boek is op deze manier naast een historisch document ook een naslagwerk.

Het boek omvat 116 pagina’s en is in een hardcover editie uitgevoerd. Een Engelse editie verschijnt eind maart 2024. Mede dankzij een bijdrage van het Familiefonds Hurgronje ligt de verkoopprijs van beide edities onder de 20 euro. Alle opbrengsten van het boek worden gebruikt voor het onderhoud aan het in 2013 onthulde monument voor de PB667 aan de Baconstraat in Nieuwdorp.

Het boek is uitsluitend te koop in het Bevrijdingsmuseum Zeeland in Nieuwdorp.

Monument PB667
Het monument voor de PB667 aan de Baconstraat in Nieuwdorp

Festival Zeeland Klassiek 2023

Van 30 juni tot en met 9 juli vond wederom het Festival Zeeland Klassiek plaats. Met dit keer het thema ‘Crossroads’ dat het publiek meenam in een spannende programmering vol kruisbestuivingen, muzikale pioniers en geschiedschrijving. Het programma bestond uit samenwerkingen met andere kunstvormen op bijzondere festivallocaties. In de muzikale programmering werd ruimte gecreëerd voor klassiekers, gecombineerd met vernieuwend en spannend repertoire door internationale topmusici en jong, aanstormend talent.

Speciale aandacht was er voor het kamermuziekrepertoire van de Zeeuwse componist Gerard von Brucken Fock, die door Grieg de ‘Hollandse Chopin’ werd genoemd.

De componist in focus dit jaar was Mozart. Het publiek ging op reis met de familie Mozart, wiens kamermuziek in deze editie een prominente rol kreeg gedurende het hele festival, ook in een speciale voorstelling voor jonge bezoekers. Er waren kruisbestuivingen bij de atelierconcerten met lokale- en nationale beeldend kunstenaars in Middelburg en in de rand-programmering werden de Spaanse- en Vlaamse connecties van Zeeland belicht.

Tot slot werd het publiek meegenomen in de wondere wereld van de octetten van Schubert en Enescu, waarbij jong en oud gezamenlijk het podium deelden. De line-up dit jaar bestond o.a. uit de celliste Harriet Krijgh, violiste Larissa Cidlinsky, pianiste Lauma Skride, gitarist Eric Vaarzon Morel, hoornist Hervé Joulain, jong talent uit de Benelux en een keur aan andere, gevestigde internationale musici.

Website Festival Zeeland Klassiek

Het Familiefonds Hurgronje heeft een financiële bijdrage geleverd aan de realisatie van dit festival.

>>> Download Eindrapportage Festival 2023

Tentoonstelling “Componisten in oorlogstijd”

De in 1996 opgerichte Leo Smit Stichting zet zich in voor de muziek van Nederlandse componisten die tijdens de Tweede Wereldoorlog vervolgd werden. Veel van deze componisten waren joods, een aantal van hen overleefde de oorlog niet. Vervolgens werd hun muziek vergeten.

Om dit thema onder de aandacht te brengen heeft de Leo Smit Stichting een expositie ingericht onder de titel ‘Componisten in Oorlogstijd’. Deze expositie reist door het land en is nog tot 3 november 2023 te zien in de Nieuwe Kerk in Middelburg.

Dit deel van de Nederlandse muziekgeschiedenis is maar weinig verteld. Op acht lange dubbelzijdig bedrukte panelen worden 20 componisten voorgesteld via de volgende thema’s: koren en orkesten, muziekscholen, film en theater, Concertgebouw, onderduik, kampen, na de oorlog. De bezoeker maakt kennis met deze – bijna – vergeten componisten door verhalen en brieven te lezen, foto’s en manuscripten te bekijken en naar de muziek te luisteren. Dat brengt de componisten (waarvan er acht de oorlog niet overleefden) en hun werk dichterbij.

Op de panelen zit een QR code, waardoor de muziek direct te beluisteren is op een smartphone.

Voor dit project is een samenwerking tot stand gebracht tussen verschillende (Middelburgse) organisaties: ZB Bibliotheek van Zeeland, Etty Hillesumhuis, Muziekschool Zeeland en de Nieuwe Kerk. Door het Etty Hillesumhuis wordt een project voor scholen georganiseerd rondom de tentoonstelling. Leerlingen van Muziekschool Zeeland spelen tijdens de opening en/of de bijeenkomst in ZB Bibliotheek van Zeeland stukken uit het repertoire van de componisten.

Website Leo Smit Stichting

Het Familiefonds Hurgronje heeft, op verzoek van familieleden Barbara en Hugo Schorer en betrokken bij de expositie, een financiële bijdrage geleverd aan de totstandkoming daarvan.

“Mina en Mevrouw”, een Zeeuwse vrouwengeschiedenis

Aan het woord is Maartje Duin:

Na ‘De plantage van onze voorouders’ ben ik mij verder gaan verdiepen in mijn voorouders. Specifieker, in de relatie tussen mijn overgrootmoeder, Marietje gravin van Lynden – Calkoen (1886-1986), en haar dienstbode, Mina Marinusse (1912-2003). Een halve eeuw waren hun levens innig met elkaar verstrengeld: voor de oorlog op kasteel Ter Hooge bij Middelburg, nadien op Berkenbosch in Oostkapelle.

Als achterkleindochter van de gravin heb ik beide vrouwen gekend en voel ik al een leven lang ongemak over hun verhouding, die ik als het toonbeeld van onvrijheid zie. Maar wat betekende vrijheid in het Zeeland van de jaren ‘30? En hoe veranderde dat in de voor vrouwen revolutionaire twintigste eeuw?

In de podcast serie ‘Mina & mevrouw’ ga ik op zoek naar antwoorden. In gesprekken met familie en bekenden van zowel Mina als mevrouw stuit ik op een rijkgeschakeerde vrouwengeschiedenis die mijn aannames steeds opnieuw doen kantelen. In acht afleveringen vertelt ‘Mina & Mevrouw’ een verhaal over klasse, keuzevrijheid en afhankelijkheid, dat generaties lang doorwerkt. Het roept grotere vragen op: wat gaven Mina en Mevrouw ons mee over wat je als vrouw kunt zijn? En kun je je ooit losmaken van je achtergrond?

Archiefonderzoek

Als nazaten van Marietje gravin van Lynden – Calkoen verkeren wij in de gelukkige omstandigheid dat de dagboeken die zij van haar 13e tot haar 100e bijhield, bewaard zijn gebleven. In niet minder dan 87 delen beschrijft zij van dag tot dag haar jeugd, haar huwelijk met Rudolph Willem graaf van Lynden, het vooroorlogse leven op kasteel Ter Hooge bij Middelburg en het naoorlogse op Berkenbosch bij Oostkapelle. Van historici begrijp ik dat we een schat in handen hebben.

Het ontsluiten van deze dagboeken is een zeer arbeidsintensief proces, waarvoor ik een jaar geleden een werkgroep van familieleden heb gevormd. Met assistent Lotteke Boogert, afstuderend historica, zijn we bezig om ze te inventariseren en delen te transcriberen. We werken toe naar een inventaris waarin een ieder kan zoeken op naam of gebeurtenis.

Publieksbereik

Fragmenten uit de dagboeken zullen worden opgenomen in de podcast. Daarmee hopen we net zo’n groot publiek te bereiken als ‘De plantage van onze voorouders’, dat ruim 1,5 miljoen keer werd beluisterd. Het VPRO geschiedenisprogramma OVT (NPO Radio 1), waar de serie voorjaar 2024 zal worden uitgezonden, is al goed voor 250.000 luisteraars.

Daarnaast zetten we d.m.v. een publieksprogramma specifiek in op een Zeeuws publiek. We organiseren een reeks bijeenkomsten op verschillende locaties, waarbij we het publiek vragen om hun ervaringen over thema’s uit de podcast te delen. Dit traject zullen we het komend jaar verder ontwikkelen. Het Nazomerfestival heeft zich als partner aan dit onderdeel verbonden.

Een belangrijke bijvangst van de research is dat de dagboeken zullen worden overgedragen aan het Zeeuws Archief. Dit heeft al aan het project bijgedragen door de dagboeken kosteloos te scannen. Over de mate / termijn van openbaarmaking moeten we het als nazaten nog eens worden i.v.m. privacy van nog levende familieleden. Dit besluiten we als alle delen zijn gelezen en verwerkt.

Het Familiefonds Hurgronje heeft een financiële bijdrage geleverd aan de totstandkoming van de podcast serie.

De podcasts zijn via deze pagina te beluisteren.

Flute Colors Stedenproject Middelburg

27 oktober 2023, Koorkerk Middelburg

Project Flute Colors is een idee van de Nederlandse fluitist Rogier de Pijper. Tijdens zijn studie verdiepte de Pijper zich in de mogelijkheden van de dwarsfluit en dan met name in moderne speeltechnieken. De doelstelling was oorspronkelijk de in de 20e eeuw nieuw ontwikkelde technieken voor dwarsfluit toegankelijker te maken voor een breder publiek, zowel voor de toehoorder als voor de amateurspeler. Rogier ontwikkelde een lesmethode die inmiddels in het Engels en Duits is vertaald en wereldwijd wordt gebruikt. Rogier geeft eveneens internationaal workshops en concerten.

Het Flute Colors Stedenproject

Project Flute Colours breidde haar doelen uit in 2019 toen door Corona het culturele leven goeddeels stillag. Rogier zocht contact met in Nederland actieve componisten, dichters en musici en al brainstormend ontstond het Stedenproject. Componisten uit de historische steden Amsterdam, Utrecht, Rotterdam en Den Haag werd gevraagd een nieuwe compositie te schrijven voor fluit en piano en (stads)dichters schreven bij elk van die composities een gedicht wat de stad beschrijft. Deze samenwerking leidde tot een succesvolle premiere in de Amstelkerk in Amsterdam. Het stedenproject breidt zich gaandeweg uit naar andere steden. Rogier werkt met professionele musici en dichters.

Stedenproject Middelburg

Rogier de Pijper is voor dit concert uitgenodigd door de in Middelburg wonende en werkende fluitiste Maaike van der Heijdt. Zij werkten al eerder samen; in 2022 was Rogier te gast in Kapelle, waar ruim 45 fluitisten deelnamen aan de workshop Flute Colors. Naar aanleiding hiervan en na de première in Amsterdam ontstond het idee om samen een versie van het stedenproject in Middelburg te realiseren. Maaike van der Heijdt was als één van de oprichters betrokken bij de programmering van de Stichting Klassiek van Dichtbij. Die Stichting heeft van het Familiefonds verschillende keren een bedrag mogen ontvangen, maar helaas zagen de oprichters zich recentelijk genoodzaakt de Stichting op te heffen. Een aantal activiteiten zijn gestopt, maar er zijn ook weer nieuwe initiatieven, waaronder dus het onderhavige Flute Colors project.

Een week vóór het concert wordt er een workshop georganiseerd waar alle amateurfluitisten en docenten uit Zeeland welkom zijn.

Voor het concert is samenwerking gezocht met dichteres/schrijfster Anna de Bruyckere (stadsdichter 2018-2019), pianist Rien Balkenende (organist in de Koorkerk en pianodocent aan de Zeeuwse Muziekschool) en de Middelburgse componist Christian Blaha.

Het programma

In 2022 schreef Christian Blaha een 4-delig werk voor fluit en piano opgedragen aan het fluit-piano duo Maaike van der Heijdt en Rien Balkenende. Daarnaast speelt dit duo de sonate van Rudolf Escher. Rogier de Pijper speelt 2 werken uit het Stedenproject, waarbij Anna De Bruyckere een tekst zal maken over Middelburg voor één van deze werken. Rien Balkenende begeleidt beide fluitisten.

Doelen van het project

  • De stad Middelburg op een andere manier in het licht zetten in context met verschillende andere Nederlandse steden met een rijke historie. In dit programma zijn dat Utrecht en Rotterdam.
  • Eigentijdse muziek én poëzie op een toegankelijke manier dichter bij de toehoorder te brengen, juist door de verbinding met de stad en met de kunstenaars die daar nu leven en werken. De werken vormen samen een geheel en worden uitgevoerd als volwaardig concertprogramma.
  • Jongeren warm maken voor poëzie, klassieke muziek en ze naar de historie van hun stad te laten kijken. Deze invalshoek(en) biedt ze een nieuw perspectief. Hiertoe wordt contact gelegd met scholen en jongeren kunnen het concert met korting bezoeken.

Het Familiefonds Hurgronje heeft een financiële bijdrage geleverd aan de totstandkoming van dit project.

Viering 375-jarig bestaan van “Het Raepenhofje” in Amsterdam

Het Raepenhofje aan de Palmgracht in Amsterdam is gesticht in 1648 door Pieter Adriaensz. Raep, thesaurier van de stad Amsterdam. Het pand telde oorspronkelijk zes huisjes, met in totaal twaalf beneden- en bovenwoninkjes. Een huisje is in 1905 omgebouwd tot regentenkamer.

De stichting Het Raepenhofje heeft als doel om het rijksmonument in stand te houden, en huisvesting te bieden aan minder draagkrachtige vrouwen. Oorspronkelijk ging het om weduwen zonder kinderen en oude ongetrouwde vrouwen. De bewoonsters van het hof kregen naast vrije inwoning, jaarlijks 25 manden met turf, een voorvoet van een os en met Kerstmis een deuvecater (soort krentenbrood).

Om de orde op het hofje te handhaven werd een opzichteres aangesteld en was er een reglement. Wie zich niet aan de regels hield, kreeg een geldboete of moest bij ernstige delicten, zoals diefstal, het hof binnen een maand verlaten.

Studenten

Rond 1980 waren er amper nog oudere bewoonsters te vinden voor de eenvoudige hofwoninkjes. Daarom werd besloten de statuten aan te passen. Om het hofje te kunnen behouden mochten de huisjes voortaan ook bewoond worden door jonge, ongehuwde, vrouwen. Vanaf die tijd wordt er ook, een relatief geringe, huur betaald.
Het hofje wordt nog altijd bewoond door jonge vrouwen, vooral studenten. Inmiddels zijn er twee opzichteressen.

Lustrum viering

Op 17 september 2023 vierde de Stichting het Raepenhofje het 375-jarig bestaan van het Raepenhofje. Het eerste deel van de viering vond plaats op de (gedempte) gracht met de omwonenden. De gemeente Amsterdam verleende het hof de jubileumpenning en voorzitter Mariëtte Zoetmulder werd verrast met een koninklijke onderscheiding.

Vervolgens werden de feestelijkheden voortgezet op het hofje met (oud)bewoonsters, bestuursleden en degenen die bij de recente restauratie betrokken waren.

Website Het Raepenhofje

Het Familiefonds Hurgronje heeft op verzoek van familielid Menko Menalda, secretaris van het bestuur van de Stichting, een financiële bijdrage geleverd aan de lustrumviering.